Kwaliteit van data en informatie is bij onderzoeksbureaus Trajan en De Groot Volker van groot belang bij de onderzoeken die ze verrichten. Toch kan het wel beter, denken zowel Robbert Volker als Jacob de Vries. Met name de afname van kennis bij lokale overheden zien ze met lede ogen aan. “Het ambtenarenapparaat is minder goed uitgerust om de toenemende werkdruk aan te kunnen.”
Jacob de Vries en Robbert Volker
Publicatie: Verkeerskunde.nl
De overheid laat als gevolg van arbeidskrapte in toenemende mate taken over aan de burgers, stelt Volker vast. “Het ambtenarenapparaat is minder goed uitgerust om de toenemende werkdruk aan te kunnen. Enerzijds komt dit doordat de juridische regelgeving hand over hand toeneemt, anderzijds doordat het kennisniveau van het ambtenarenapparaat gestaagd daalt.” Vooral de continuïteit in beleid lijkt bij de lokale overheden steeds verder af te nemen, merkt De Vries. ” Veel van die organisaties hebben bijna geen collectief geheugen meer. We zien ook steeds meer eilandjes ontstaan. Neem een organisatie als de politie. Bij tellingen op straat is veiligheid op straat steeds vaker een issue. Dus lichten we vooraf de politie in. Althans, dat proberen we. Wie we ook inlichten en wat we ook doen, we hebben de laatste tijd meer overlast van de politie zelf dan dat ze ons van dienst zijn, simpelweg omdat communicatie binnen het politie apparaat zo verkokerd is dat ze volgens mij niet eens meet weten wat überhaupt hun taak is.” Tijdige kennisoverdracht van afzwaaiende of vertrekkende collega’s ontbreekt vaak, waardoor er ook minder goed doordachte toekomstbestendige maatregelen in de buitenruimte worden doorgevoerd. Volker: “automatisering van aanbestedingen wordt veelal in juridische vinkje-systemen uitgevoerd waarbij in toenemende mate een aansluiting op de praktijk wordt gemist.”
Kennisniveau gering
Bij het beantwoorden van mobiliteitsvraagstukken worden steeds meer aanbestedingsmethodieken en inkooporganisaties ingeschakeld. “Het bijbehorende en gewenste kennisniveau bij die organisaties is vaak te gering om de juiste uitvraag tot stand te brengen en het gewenste kwaliteitsniveau te verkrijgen”, zo zegt Volker. Die trend wordt ook door De Vries waargenomen: “in zo’n aanbestedingsproces is vaak vastgelegd wat men wil weten, maar ontbreekt kennis over hoe iets gemeten kan worden. Als bureau A aanbiedt kentekens te scannen en bureau B schrijft ze op, dan zou je mogen verwachten dat het kwaliteitsverschil wordt meegenomen in de beoordeling. Dat valt dus behoorlijk tegen, de keren dat wij als antwoord kregen, ‘uw offerte was kwalitatief gelijkwaardig’, zijn niet meer op een hand te tellen. Voeg daarbij ook de toenemende privacywetgeving. Als bureau zijn we vanzelfsprekend nieuwsgierig, maar er zijn ook grenzen aan wat je moet willen weten.”
Kennisniveau verbeteren
Zowel De Groot Volker als Trajan wil het algemene kennisniveau van parkeeronderzoeken naar een hogere standaard tillen in 2020. Met nieuwe onderzoekstechnieken is veel meer data beschikbaar. Het gaat echter om een goede vertaling te maken van deze data naar concrete inzichten in ontwikkelingen, trends en de juiste advisering. De parkeerdata willen beide bureau graag voor iedereen inzichtelijk maken en hebben daar een gemeenschappelijk belang. “We willen dat ook de standaard van parkeeronderzoek omhoog gaat, maar vooral ook dat er überhaupt een standaard is”, zegt De Vries. “Vaak wordt gediscussieerd over wat goede tijden zijn voor metingen, hoe je het beste data kunt visualiseren, maar ook aan welke voorwaarden een parkeeronderzoek moet voldoen om te voldoen aan eisen van betrouwbaarheid en representativiteit. We zien om ons heen dat op dit vlak nog veel stappen kunnen worden gezet.”
In 2020 gaan beide bureaus verdere stappen zetten om informatie over parkeeronderzoeksmethoden voorafgaand aan eventuele uitvragen van overheden kenbaar te maken. De Vries: “we willen een standaard opzetten om opdrachtgevers te helpen bij het opstellen van een uitvraag: welke methodes werken het best bij welke informatiebehoefte, wat kan wel worden gemeten en wat niet. Met de komst van de AVG is er veel discussie over wat wel en niet mag. Verkeersexperts en juristen staan op dat vlak soms lijnrecht tegenover elkaar. Er moet meer consensus komen op dat vlak.”
Vergevingsgezinde fietspad
De Vries wil tot slot graag nog een statement maken in de discussie rond de klimaatverandering. “Die neemt inmiddels religieuze vormen aan, althans, het krijgt een sterk normatief karakter. Dat zie je ook terug in de verkeerswereld. Zo hebben we het nu over vliegschaamte en autoschaamte. De meest kolderieke term op dat vlak vind ik echter het vergevingsgezinde fietspad. Kennelijk doe je met je rijgedrag het fietspad zo iets erg aan, dat alleen vergeving nog mogelijk is. En omdat dat fietspad klaarblijkelijk per definitie vergevingsgezind is, maakt het eigenlijk niet uit wat je doet. Bij mijn weten doe je met je rijgedrag vooral je medeweggebruiker iets aan, maar het is in ieder geval goed te weten dat je zonden je per defnitie al zijn vergeven door dat omnipotente fietspad. Een fijne gedachte voor de Kerstdagen.”